Er kwam een persoonlijke uitnodiging van Ellen Geerts van de museumshop in Museum Jan Cunen om objecten te maken bij de expositie:
“Wat zou Marcel Broodthaers doen?"
Het werden 'Mosselpotten' en ze dragen de titel 'Ceci n’est pas une Grande Casserole de Moules', een knipoog naar het beroemde werk van Marcel Broodthaers.
De mosselpot staat symbool voor de Belgische eetcultuur en heeft diepere betekenissen. Marianne's creaties vertellen elk hun eigen verhaal en geven nieuwe betekenis aan oude voorwerpen.
Joy Arpots bracht van zijn vele wereldwijde reizen altijd een vingerhoedje voor zijn moeder mee, wel liefst 108 stuks telde haar verzameling. Prachtige exemplaren van porselein, hout en brons in uiteenlopende vormen waaronder het Vrijheidsbeeld, een Afrikaanse hut en een ijsvogeltje uit verschillende werelddelen. Vijftien jaar na het overlijden van zijn moeder, was de tijd rijp om daar als eerbetoon iets van te laten maken. Marianne kreeg de vrije hand in deze speciale opdracht. Het werd dit bijzondere object waar zij naast de liefde van de moeder voor haar zoon ook haar voorliefde voor kienen verbeeldde door de vintage houten stenen.
Voor het hele verhaal inclusief video zie architectenweb.nl
‘The Wall of Waste’ was een opdracht voor het vernieuwde kantoor van Reynaers en Roval in Helmond. Op verzoek van Marianne van Heeswijk werd er materiaal ingezameld onder personeel. Tijdens de open dag werd er enthousiast gewerkt aan elementen voor het kunstwerk die uiteindelijk allemaal in de rand verwerkt zijn. Als uitgangspunt voor het ontwerp koos ze voor het logo van de kernwaarden van het bedrijf.
In 2014 werd de nieuwe Clubzaal in de Verkadefabriek in Den Bosch geopend. Marianne van Heeswijk kreeg de opdracht
om de bar van ruim 6 meter aan te kleden.
Zij zamelde zelf en onder Verkadebezoekers honderden ronde goudkleurige objecten in van koper, brons en messing. Zonder dat zij het wist, bevestigde ze de deksel van een bijzondere 18e eeuwse beddenpan. Ze kocht die bij de kringloop in Eindhoven en hij werd ontdekt door de directeur van het Noordbrabants Museum.
De entree met de Perzische tapijten is ook van haar hand, haar jarenlange ervaring als dessin-ontwerper kwam in deze hal en bij de bar goed van pas. De twee grote geweven wandtapijten en het tweeluik met de vliegende vissen werden aangekocht.
In opdracht van Edo van der Kruis van lunch & diner café nul73 in Den Bosch pakte Marianne van Heeswijk de muren van de toiletten aan, zij maakte een bloemenbehang van oa cd's, singletjes en kroonkurken.
In de hal wilde Edo graag een groot Mariabeeld met lepels rond haar hoofd. Marianne vond op Marktplaats een levensgrote Maria (zonder handen) en gaf haar een prachtig aureool. Ze maakte rondom behang van oa schelpen, rvs schalen en zilveren borden.
In het restaurant bekleedde zij een zuil met lp's en er hangt haar wandkleed
‘Mother & Child’ dat zij in Het Textiemuseum liet weven.
Met deze gedachteniswand in de kapel, speciaal voor de cliënten en medewerkers van Assisie, creëert Marianne van Heeswijk een hemel op aarde.
Een plek waar geliefden terug gevonden worden en waar men stil kan staan bij het geleefde leven. Deze hemel is rond en oneindig, reflecteert en verbindt met kleine spiegeltjes het bovenaardse met het ondermaanse. Bewoners van Assisie beschilderden voor dit werk ingezamelde deksels en hemelse symbolen zoals de kleur blauw, wolken van siliconenkit, kristallen en aureolen van goud leggen verbanden tussen de afzonderlijke elementen van deze Hemel op Aarde.
Een gedachteniswand om bij stil te staan, te herdenken en
na te praten.
Dit werk is gemaakt in opdracht van Stichting Prisma. Met dank aan de kunstenaars van Ut Atuljee, www.atelierkoa.nl www.allerzielen.nu
Het BoschBeest is een kunstwerk ter afsluiting van het Jheronimus Boschjaar in 2017.
Marc Eysink Smeets van Stichting Bosch 500 voegde 2 ideeen samen, namelijkhet idee van Marianne van Heeswijk om een groot BoschBeest te bouwen van tweedehands materiaal, ingezameld bij de Bosschenaren én de droom van Paul van Dongen om samen met de stad een groot stalen beeld te smeden. Dit werd verenigd in deze co-creatie, een 9 meter hoog stalen beeld op een 3 meter hoge sokkel.
De naam 'BoschBeest’ had Marianne al in 2010 bedacht bij de eerste Boschparade en zij kreeg van de stichting de opdracht voor het ontwerp. Zij nam als uitgangspunt de uil, omdat deze in bijna ieder schilderij van Jheronimus Bosch aanwezig is.Haar inspiratie was zijn beroemde drieluik de 'Tuin der Lusten’ wat in het Prado in Madrid hangt. Het werd een Uil met 3 verschillende zijden vol symbolische en vervreemdende elementen. Zowel de hedendaagse rol van de uil als symbool van wijsheid, is in het beeld terug te vinden als de middeleeuwse: bron van onheil en teken van domheid.
De uitvoering was onder leiding van Paul van Dongen en in samenwerking met Marianne, de jongeren van Stichting Opis, vrijwilligers en ruim 350 Bosschenaren die in de Stadssmederij smeden hebben geleerd tijdens gratis workshops. Hun gesmede bijdrages werden allemaal verwerkt in de baard van het BoschBeest nadat ze door de jongeren van Opis verwerkt waren tot prachtige krullen. Marianne ging naar alle fietsenmakers in 's-Hertogenbosch en omgeving voor ruim honderd tandwielen om de baard verder aan te vullen. Ook putte zij uit haar eigen verzameling en ging natuurlijk naar kringloopwinkels. Via social media werden tientallen voorwerpen ingezameld zoals schalen, dienbladen, bekkens, pannendeksels, muziek-instrumenten en een wasteil. De honderden hoefijzers die de veren van de vogels vormen, kwamen van Opis vrijwilliger Henk die in zijn eigen tijd hoefsmid is.
Zie ook www.pietsfabriek.nl/boschbeest
Tijdens de afsluiting van het Bosch 500 jaar werd het BoschBeest spectaculair met vuurwerk ontstoken onder begeleiding van de fanfares en koren van Fanfari Bombari i.s.m. Gerard van Maasakkers. In het voorjaar 2018 werd het BoschBeest verplaatst naar haar huidige plek langs de A2, zie ook 'Er was eens’
Foto's : Marc Bolsius, Ben Nienhuis, Arno Lucas, Marleen van Dongen, Jan van den Broek
Marianne van Heeswijk: “De opdracht van de organisatie van November Music was om Bosschenaren interactief te betrekken bij het Bosch Requiem, het werden acht Memorial Trees ter nagedachtenis aan Alle Zielen. 800 lichtjes en ruim 800 voorwerpen ingezameld onder Bosschenaren, (FB)vrienden en familie, waarvoor dank! 800 houten hartjes gemaakt door vrienden, vriendinnen en deelnemers van PUB dagbesteding waar bezoekers iets op konden zetten voor hun overleden dierbare met op de achtergrond de prachtige muziek van het Bosch Requiem.
Panama Pictures weefden hun dans tussen de bomen door en laat op de avond zong Marijke Boon mooie liederen onder de bomen. Het was een prachtige indrukwekkende avond zowel binnen als buiten. Mijn dank is groot aan iedereen die iets in heeft geleverd, aan alle vrijwilligers voor alle hulp, aan November Music voor de opdracht en aan de Weergoden voor het bijna droge weer!“
Zie ook novembermusic.net en dtvdenbosch.nl
Zie ook YouTube
‘Duik Diep, Vlieg Hoog’ was dit jaar het thema van de Nederlandse Jenaplanvereniging www.jenaplan.nl en Marianne van Heeswijk kreeg de opdracht om daar een beeld bij te maken en een interactief plan te bedenken voor de bezoekers van de conferentie. Ze zag meteen een Zeemeermanvrouw met vleugels voor zich en hij/zij heeft staan pronken in de hal bij binnenkomst.
In de patio kon er meegebouwd worden aan een groot lemniscaat waar de Aarde en het Universum in vertegenwoordigd waren, uiteindelijk werd het door de inbreng van deelnemers een soort Vlindervis.
Kan een andere kijk op geluk bij-dragen aan een betere samenleving? Het Stedelijk Museum ’s-Hertogen-bosch vroeg kunstenaars, theater-makers, ontwerpers en performers uit Den Bosch om hun persoonlijke visie te geven op de beleving van geluk.
‘Samen bouwen schept een band voor even & inspiratie voor veel langer’
Marianne van Heeswijk bouwde samen met het publiek 5 dagen aan een Tijdelijk Tapijt in het museum. Door het bewust gebruik van tweedehands materiaal verbindt zij iedereen op basis van gelijkwaardigheid met elkaar en verbeeldt zij de ideale multiculturele samenleving.
Installatie van Marianne van Heeswijk (2012)
“Deze installatie zou je als een autobiografie kunnen zien, waarin mijn persoonlijke en professionele identiteit samenvloeien.
In mijn werk geef ik afgedankte voorwerpen als voormalige iconen van huiselijkheid een nieuwe ziel mee. Verhalen smelten samen, dwars over generaties en culturen heen. Grenzen vervagen, het een wordt gelijkwaardig aan, gaat over in het ander, en samen vormt alles een nieuwe werkelijkheid, een nieuwe wereld.
Al mijn materiaal haal ik van rommelmarkten en tweedehandswinkels. Kringloopbedrijf Oss met zijn ‘Brabantse Brocante’ is een van mijn favoriete schatkamers. Niet alleen door de overvloed aan spullen, het is vooral ook de sfeer die mij inspireert.
Directeur Mart Smits vroeg mij of ik iets kon verzinnen om de bezoekers duidelijk te maken waar de muziekhoek zich in de winkel bevindt. Zoals wel vaker gebeurt, nam het werk in wording het heft zelf in handen en is er een assemblage ontstaan die voor mij even spannend is als voor het publiek. Wat aanleiding is en wat resultaat, wat idee en wat uitwerking? Zeg het maar.
De jurk, uit mijn eigen garderobe, is illustratief voor mij en mijn werk. Geen little black dress (Chanel). Dat is chique. Hier gaan gala en kitsch samen. As always. It’s me. I am Music!”
Tekst/Interview: Ab Bertholet
Foto: Ruud van Genugten
De Cultuurkantine vroeg Marianne van Heeswijk mee te doen aan het bijzondere project Kunstkameraden: een kind/jongere uit de jeugdzorg wordt gekoppeld aan een beeldend kunstenaar, het kind is leidend in het proces.
Amber (10) is gek van beesten en droomt over een wereld waar zij beschermd, verzorgd en ook opgevoed wordt door de dieren. Dit werd verbeeld in het object " Ik droom " wat tentoongesteld werd in het Noordbrabants Museum. Koningin Maxima opende de expositie.
De Cultuurkantine vroeg Marianne van Heeswijk mee
te doen aan het bijzondere project Kunstkameraden:
een kind/jongere uit de jeugdzorg wordt gekoppeld aan
een beeldend kunstenaar, het kind is leidend in het proces.
Quinten (12) wilde graag een Actionman maken die de wereld zou redden, het werd QuintCraft voorzien van allerlei krachten, inclusief helphond.
In opdracht van Wilmy Grommen en Edgar Smits uit Den Bosch maakte Marianne van Heeswijk een kleurrijke buitentafel met familiefoto's.
In 2007 kreeg Bart van Dongen de Brouwers Cultuurprijs.
Hij vroeg Marianne van Heeswijk om een bijzondere entree in het Heineken gebouw te maken voor de genodigden, dit n.a.v. haar eerder installaties met kroonkurken. Het werd " Walk the Music" bestaande uit honderden singles.
Trofee van Marianne van Heeswijk
Voor de Held van de Smaak 2008 in Brood en Streekbanket
Over smaak wordt veel te weinig getwist. Veel consumenten slikken voor zoete koek wat ze wordt voorgeschoteld en veel voorschotelaars dienen op wat ze voor zoete koek houden. Voor de Week van de Smaak zijn twaalf Apostelen van de Smaak genomineerd die ons laten zien dat het ook anders kan: puur, oorspronkelijk, authentiek, ambachtelijk.
Onder deze twaalf apostelen, deze twaalf Helden van de Smaak bevindt zich één primus inter pares. Deze absolute Held van de Smaak 2008 wordt onderscheiden met een unieke trofee: een eerbetoon van beeldend kunstenares Marianne van Heeswijk aan de originaliteit en zuiverheid van een culinair componist.
De trofee Held van de Smaak 2008 is een aubade, samengesteld uit alle ingrediënten en instrumenten waar de ware Held van de Smaak mee werkt. En net als bij het culinaire product bepalen ook bij deze trofee de samenstellende delen de verfijnde smaak van het geheel. En vormen toewijding en passie het cement.
Marianne van Heeswijk (1961) verwerkt afgedankte materialen uit vergane huiselijke sferen tot barokke illustratieve objecten. Met een lichte kwinkslag reanimeert zij voormalige iconen van huiselijkheid en geeft ze daarbij een nieuwe, moderne ziel mee. De trofee Held van de Smaak maakte zij in opdracht van het VSB Fonds.
Tekst: Ab Bertholet ©2008
Foto’s: Ruud van Genugten
Object van Marianne van Heeswijk – 2011. Gemengde technieken, 176 cm.
Dit object voor de hal van het nieuwe hoofdgebouw van de Afvalstoffendienst weerspiegelt wat een totem van oudsher doet: een symbolische betekenis die sterk verbonden is met de energie van een individu of gemeenschap. In dit geval gaat het om beide. De Afvalstoffendienst als gemeenschap en de kunstenaar als individu.
Stof tot stof – cradle to cradle
De Afvalstoffendienst ’s-Hertogenbosch leeft vóór afval en ván afval. Goed voor afval – beter voor het milieu zegt de dienst zelf. Dat is een onverstoorbaar optimistische kijk op de consumptiemaatschappij. Wat afgedankt en waardeloos leek, wordt beschouwd als basis voor een nieuw begin van een oneindige cyclus. Cradle to cradle in het recyclingjargon, Stof tot stof in een veel oudere levenswijsheid.
Zoals in al haar werk leeft Marianne van Heeswijk zich ook hier weer uit in haar voorliefde voor het afgedankte. De materialen die ze hier samenbrengt, drukken afzonderlijk en samen haar vertrouwen in een oneindige energie uit. En natuurlijk ontbreekt de onvermijdelijke knipoog niet. De hergebruikte materialen zijn als iconen, die ze een nieuwe ziel meegeeft. Cradle to cradle in het recyclingjargon, Stof tot stof in een veel oudere levenswijsheid.
De symbolische elementen die te zien zijn
Drie groene handen, die staan voor de bewustwording en het zware, harde werk. Drie blauwe beeldjes die een ouderpaar en hun kind voorstellen, waarbij de ouders het goede voorbeeld geven; ook in het omgaan met afval. Het rode hart staat voor passie en de liefde voor de taak, het werk. Het oranje hoofd staat voor de moderne (HupHollandHup-) mens, die het onvoorstelbare creëert, maar ook afval produceert. Sterkte of Zwakte? Kans of Bedreiging? Maar dit hoofd is ook oranjerood aangelopen, van de inspanning die hier de huiskleur is. Het stekelige schelpenhaar roept het ene moment associaties op met een recalcitrante punker, die creatief tegendraads is en in het lelijke het mooie vindt. Het andere moment gebeurt het tegenovergestelde en kijken we naar een Medusa met slangenhaar, als symbool voor iets dat ooit mooi was, maar waarvan de aanblik nu iedereen laat verstenen. De koffiekopjes staan voor de verloren waardering voor het werk van de vuilnisman, die vroeger steevast op zijn route koffie aangeboden kreeg, maar in deze tijd nauwelijks meer. De stekkers, en even verderop de schakelaars, duiden op de energie die de nieuwbouw zal produceren. Niet alleen figuurlijk, ook letterlijk wordt op deze plaats energie gewonnen. Een bewaarblik met de stad Venetië, die het mondiale afvalprobleem symboliseert en de vergankelijkheid. Tinnen figuren laten ons onze cultuur beschouwen vanuit het ietwat kneuterige letterbakperspectief. Is dit de verbeelding waartoe wij na zoveel eeuwen menselijke evolutie in staat zijn? De gouden pot komt van het eind van de regenboog en geeft aan dat Afval Goud is, een belangrijke grondstof.
De pot is in werkelijkheid van koper, wat de schat wat minder edel maakt: niet alle afval is goud. De auto's staan voor de burgers die hun afval langs komen brengen.
De kookpan staat voor het afval dat van ons bord valt. Bij het verbouwen, produceren en bereiden van voedsel produceren we enorme hoeveelheden afval. Vervolgens laten we nog eens zoveel over, dat alle hongerigen in de wereld ermee gevoed zouden kunnen worden. De schaal hoort bij een lampetkan, staat voor het ouderwetse wassen, na gedane arbeid. Het wasritueel met de lampetkan is nauw verbonden met reiniging. Het staat ook voor het vuile werk van de vuilniswerkers. De rand om de schaal is afgezet met dieren en bloemen, die staan voor de natuur. Afval bedreigt de natuur, de zorg vóór, het scheiden en recyclen ván afval behouden haar. Lepeltjes met nationale symbolen maken duidelijk dat afval een probleem is van alle landen en culturen. De Sint-Jakobsschelpen zijn een bekend motief uit het werk van Marianne van Heeswijk. Ze staan voor energie, vruchtbaarheid en duurzaamheid. De eierdoppen herinneren ons er fijntjes aan dat gerecycled afval dan misschien maar een half ei is, dat je desondanks moet verkiezen boven een lege dop. Tel je knopen, met andere woorden. De lampenkap verwijst naar het nieuwe interieur van de kantine. Door de kunstenaar bewerkt werpt ze een speciaal licht op het werk en de pauzes van de werknemers. De rode kunststof slang is als een rode draad voor het werk van zowel de Afvalstoffendienst als de kunstenaar. Dit stuk slang is door de kunstenaar van de bouwplaats van de nieuwbouw ontvreemd. Gemaakt als bouwmateriaal is het het ene moment onderdeel van het bouwwerk in aanbouw. Als het toevallig uitsteekt, ligt het het volgende moment op de grond als afval. Waardeloos geworden. Wie bekommert er zich dan nog om? Dominostenen markeren de grilligheid van de levenscyclus die door het lot wordt bepaald. Of het nu om materialen gaat of het menselijk lot. Een versleten vuilniswagenband tot slot symboliseert in meerdere opzichten de altijd doorgaande cylcus van het werk van de Afvalstoffendienst. Waar de dienst, de medewerkers en de taken zich steeds weer vernieuwen.
Tekst: Ab Bertholet